Pensioenbonus dooft uit

De pensioenbonus wordt afgeschaft en dooft uit vanaf 1 januari 2015.

De bestaande regels blijven van kracht, maar voor de pensioenen die ten vroegste ingaan op 1 januari 2015 zullen ze enkel van toepassing zijn wanneer de werknemer vóór 1 december 2014: •ofwel voldoet aan de voorwaarden om zijn vervroegd rustpensioen als werknemer op te nemen;

•ofwel de leeftijd van 65 jaar bereikt én een loopbaan van minstens 40 jaar kan bewijzen.

De huidige regels blijven dus behouden voor zij die bezig zijn rechten op te bouwen voor de pensioenbonus. Zo stond het ook in het regeerakkoord. Voor zelfstandigen geldt een gelijkaardige regeling.

Pensioenbonus

De pensioenbonus kwam er dankzij het Generatiepact. Het extraatje — een verhoging van het pensioenbedrag dus — voor wie zijn pensioen wat uitstelt, moet mensen langer aan de slag houden. De maatregel liep oorspronkelijk tot 1 december 2012, maar er kwam een verlenging en het ‘aansporend effect’ werd begin 2014 zelfs nog versterkt. Toch wordt de bonus nu afgeschaft.

Uit het verslag van de commissie voor de sociale zaken blijkt dat de pensioenbonus wordt afgeschaft omdat onderzoek heeft aangetoond dat de bonus op zich mensen er niet toe aanzet langer te werken. Al wordt dat uitgaanspunt betwist, zo blijkt uit hetzelfde commissieverslag.

Bovendien heeft de regering ervoor gekozen om geen malus in te stellen, zoals werd voorgesteld door de Commissie Pensioenhervorming. Als tegenprestatie werd beslist de bonus af te schaffen …

De toelichting bij de nieuwe programmawet bevat ook cijfermateriaal. Neem bijvoorbeeld een werknemer die geboren is in juli 1953. Hij heeft in juli 2014, wanneer hij 61 jaar is, een loopbaan van 39 jaar en hij gaat pas in pensioen op 1 augustus 2016, ook al voldoet hij op 1 augustus 2014 aan de voorwaarden om aanspraak te maken op vervroegd pensioen. Hij voldoet dus aan de nieuwe voorwaarden. Bijgevolg zal zijn pensioenbedrag worden verhoogd met een bonus voor elke dag van effectieve tewerkstelling gepresteerd tussen 1 augustus 2015 en 31 juli 2016.

Het bedrag van de bonus stijgt naarmate men de pensionering verder uitstelt. Het bonusbedrag voor werknemers bedraagt voor de eerste 12 maanden van de referteperiode 1,50 euro per dag van effectieve tewerkstelling. Per uitstel van 12 bijkomende maanden stijgt dat bedrag met 0,20 euro per dag, om uiteindelijk vanaf de 61e maand van de referteperiode het maximumbedrag van 2,5 euro te bereiken.

De bedragen worden geïndexeerd. Dat blijkt uit het KB van 24 oktober 2014 dat de huidige regeling heeft uitgewerkt.

Zelfstandigen

Het voordeel voor werknemers en zelfstandigen is evenwaardig maar voor zelfstandigen brengt men kwartalen van beroepsbezigheid als zelfstandige in rekening.

Vandaar dat ook de regels voor de pensioenbonus voor zelfstandigen op een gelijkaardige manier worden aangepast. Met de introductie van dezelfde voorwaarden. Het gaat ook hier om een wijziging van de generatiepactwet, met ingang van 1 januari 2015. Het bijhorend uitvoeringsbesluit met de bedragen die worden toegekend per kwartaal dateert van 15 december 2013.

Die groep van zelfstandigen kan nog een pensioenbonus krijgen en verder opbouwen zo lang ze hun beroepsbezigheid verderzetten.

Een voorbeeld. Een zelfstandige die geboren is in september 1953 is in september 2014 61 jaar en bewijst een loopbaan van 39 jaar. Hij heeft dus recht op vervroegd rustpensioen op 1 oktober 2014, maar beslist om aan de slag te blijven tot 30 juni 2016. Hij neemt zijn rustpensioen op 1 juli 2016.

Deze zelfstandige voldoet aan de voorwaarde om een vervroegd pensioen te krijgen vóór 1 december 2014. Zijn pensioenbedrag wordt dus verhoogd met een bonus voor elk kwartaal in de periode van 1 oktober 2015 tot 30 juni 2016 (3 kwartalen).

Bron:Programmawet van 19 december 2014, BS 29 december 2014 (art. 203–206 PW 2015)