Een KB van 21 september 2013 wijzigt de voorwaarden voor de fiscale vrijstelling van spaardeposito’s en voor het aanbieden van gereglementeerde spaarrekeningen.
Voorwaarden voor vrijstelling spaardeposito’s
De eerste schijf van 1.880 euro (geïndexeerd bedrag aj. 2014) intresten op spaardeposito’s wordt fiscaal vrijgesteld (art. 21, 5° WIB 1992). Om voor die vrijstelling in aanmerking te komen, moeten de spaardeposito’s aan bepaalde voorwaarden voldoen. Het KB van 21 september 2013 wijzigde enkele van deze voorwaarden (aanpassing art. 2, 4°, b), c) en e) en art. 2, 5° KB/WIB 1992).
Reclame voor spaarrekeningen
- •
-
het minimum- en/of maximumbedrag van het spaardeposito;
- •
-
het beheer van het spaardeposito via internet;
- •
-
de leeftijd van de spaarder;
- •
-
de hoedanigheid van de spaarder als personeelslid van de instelling-depositaris;
- •
-
het statuut van de spaarder als coöperant van de aandeelhouder van de instelling-depositaris;
- •
-
de hoedanigheid van de spaarder als natuurlijk persoon die handelt voor professionele doeleinden, als rechtspersoon of als feitelijke vereniging.
In werking
- •
-
de getrouwheidspremies verworven vóór 1 oktober 2013, die al in rekening moeten worden gebracht om interest op te brengen ten laatste op 1 oktober 2013 en de getrouwheidspremies verworven tussen 1 oktober en 31 december 2013, die al in rekening moeten worden gebracht om interest op te brengen ten laatste op 1 januari 2014, en
- •
-
artikel 3 (reclame voor spaarrekeningen) dat in werking treedt op 27 september 2013.